Operatie aan een van de grote slagaders in de buik: Open procedure
De behandeling
Een aneurysma van de aorta abdominalis (AAA) is een verwijding van één van de grote slagaders in de buik of aan de zijtakken in het bekken. Deze aandoening kan worden verholpen met één van onderstaande operatietechnieken:
- open procedure. Hierbij maakt de chirurg een snede in uw buik om bij de slagader te komen;
- endovasculaire procedure. Hierbij maakt de chirurg een snede in beide liezen. Via een groot bloedvat kan de chirurg bij de buikslagader komen en wordt er een stent geplaatst.
Hier wordt u geïnformeerd over de open procedure.
Voor de behandeling
Pre-operatieve screening
Om er zeker van te zijn dat u de operatie lichamelijk aan kunt, wordt u voor de operatie door de anesthesioloog onderzocht (de pre-operatieve screening). De anesthesioloog bespreekt de mogelijkheden van anesthesie en pijnbestrijding met u. Verder wordt u lichamelijk onderzocht. Het onderzoek kan uitgebreid worden met aanvullend onderzoek, zoals:
- bloedonderzoek;
- ECG (hartfilmpje);
- een longfoto.
Soms kan het nodig zijn dat andere specialisten uw conditie beoordelen, bijvoorbeeld een internist, cardioloog of longarts. Op de polikliniek pre-operatieve screening heeft u ook een gesprek met een verpleegkundige. Deze verpleegkundige noteert alle gegevens die van belang zijn voor uw behandeling in het ziekenhuis.
Medicatie
Als u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, bespreekt de anesthesioloog en/of de chirurg of u tijdelijk moet stoppen met deze medicijnen voor de operatie.
De chirurg, anesthesioloog en verpleegkundige vragen u of u overgevoelig bent voor bepaalde medicijnen, bijvoorbeeld antibiotica. Als u overgevoelig bent, probeert u dan te achterhalen om welk medicijn het gaat. Uw huisarts en apotheek kunnen u hier meestal over informeren.
De opnamedag
Meestal wordt u een dag voor de operatie opgenomen op de chirurgische afdeling. Op de dag van de opname heeft u een gesprek met de afdelingsverpleegkundige. Tijdens dit gesprek worden uw gegevens gecontroleerd en eventuele wijzigingen en veranderingen worden genoteerd. Verder krijgt u aanvullende informatie over de operatie en instructies.
Ter voorbereiding op de operatie:
- de verpleegkundige zal uw buik ontharen vanaf uw de tepels tot de knieën met behulp van een speciaal apparaat;
- indien u er behoefte aan heeft, kunt u een kijkje nemen op de intensive care waar u na de operatie zal verblijven;
- de fysiotherapeut komt bij u langs om ademhalingsoefeningen met u te doen. Hier kunt u na de operatie baat bij hebben;
- de dag voor de operatie mag u nog gewoon eten en drinken. De verpleegkundige vertelt u meer over het nuchter zijn voor de operatie van de volgende dag.
De dag van de operatie
Het is raadzaam om enige tijd voor de operatie nog even naar het toilet gaan. Daarna krijgt u een operatiejasje aan. Ook krijgt u, als dit is afgesproken, een medicijn waar u wat slaperig van kunt worden en een zetpil of tablet tegen de pijn. Kort daarna wordt u door de verpleegkundige naar de voorbereidingskamer gebracht waar u verder voorbereid wordt op de operatie.
Omdat u na de operatie naar de Intensive Care gaat voor intensieve bewaking, is het goed om uw familie alvast hierover in te lichten. U kunt wat spullen van uzelf meenemen naar de Intensive Care zoals toilettas, bril, gebit en leesboek. De afdelingsverpleegkundige brengt de spullen naar de Intensive Care.
Tijdens de behandeling
De anesthesioloog geeft u de anesthesie, zoals dit met u besproken is tijdens de preoperatieve screening. Meestal wordt er een slangetje tussen de wervels in uw rug ingebracht. Via dit slangetje wordt u plaatselijk verdoofd. De anesthesioloog kan er ook voor kiezen om het slangetje een aantal dagen te laten zitten, zodat u continu pijnstilling krijgt na de operatie.
U krijgt algehele narcose. De algehele narcose is zo afgestemd, dat u niets van de operatie merkt. Daarna voert de chirurg de operatie uit.
De chirurg opent de buik met een snede van uw borstbeen tot uw schaambeen en eventueel in de liezen. Daarna wordt de buikslagader blootgelegd. Boven en onder de verwijding wordt de slagader afgeklemd. Het verwijde gedeelte wordt vervangen door een vaatprothese. Deze prothese is een kunststof slagader. De wand van het aneurysma wordt gebruikt om de vaatprothese te bedekken. Soms zijn er ook ernstige verkalkingen in de bekkenslagaders aanwezig. Dan wordt de vaatprothese aangesloten op de slagaders in de liezen. Dit noemen we een broekprothese.
Als de operatie heeft plaatsgevonden, wordt u naar de uitslaapkamer gebracht. Daar wordt u aangesloten op bewakingsapparatuur voor verschillende controles. Vanuit de uitslaapkamer wordt u naar de Intensive Care gebracht. Als u op de afdeling Intensive Care bent aangekomen, belt een verpleegkundige uw contactpersoon.
Na de behandeling
Na de operatie ligt u één of twee dagen op de Intensive Care. Zodra de controles stabiel zijn, wordt u naar de verpleegafdeling gebracht. De verpleegkundige controleert regelmatig uw bloeddruk, hartslag, temperatuur en wond.
U heeft een infuus in uw arm en een slangetje in uw rug voor de pijnbestrijding. Ook heeft u een blaaskatheter om de urine in op te vangen, totdat u weer wat makkelijker kunt bewegen en het slangetje uit de rug verwijderd is.
Sondes
Na de operatie heeft u in de meeste gevallen een sonde via de neus in de maag. In overleg met de chirurg wordt er bepaald of u mag starten met het drinken van slokjes water. Dit is afhankelijk van het weer op gang zijn van de darmen. Als u niet misselijk bent en het drinken gaat goed, dan mag de maagsonde verwijderd worden. U mag vervolgens weer langzaam alles eten en drinken. Het infuus wordt afgekoppeld als u voldoende drinkt.
Bloedverdunners
Na de operatie bepaald de vaatchirurg welke bloedverdunners er bij u noodzakelijk zijn. Bloedverdunners kunnen op verschillende wijze toegediend worden. Dit kan in de vorm van tabletten, injectie of continue via het infuus.De verpleegkundige zal regelmatig met behulp van een speciaal apparaat de bloeddoorstroom in uw voet en/of benen controleren. Ook zal de verpleegkundige regelmatig aan uw been voelen of de benen warm aanvoelen en de kleur van de benen observeren.
Conditie
Als uw conditie het toelaat mag u de eerste dag na de operatie uit bed, dit is belangrijk voor het goed doorademen en een goede bloeddoorstroming. De fysiotherapeut zal u hierbij ondersteunen en adviseren.
Hechtingen
U heeft hechtingen in uw buik en soms ook in uw liezen en bovenbenen. De verpleegkundige zal uw wond dagelijks inspecteren en verzorgen.
Mogelijke complicaties/risico's
Bij iedere operatie kunnen er complicaties optreden. Om de kans op complicaties te verkleinen wordt u voor de operatie uitgebreid onderzocht en worden voorzorgsmaatregelen genomen.
Complicaties
De algemene complicaties die na een operatie op kunnen treden zijn:
- een wondinfectie;
- trombose;
- beschadiging van organen of zenuwen.
Andere complicaties die bij deze operatie kunnen optreden, zijn:
- nabloeding. Uw eigen bloedvat wordt aan de prothese gehecht. Soms is deze verbinding niet geheel dicht en ontstaat er lekkage;
- afsluiting van de vaatprothese of in een beenslagader.
Als één van deze complicaties optreedt, is een nieuwe operatie nodig.
Beschadigde nierfunctie
Als de nierslagaders op de protheseslagader moet worden aangesloten, kan het functioneren van de nieren tijdelijk verstoord raken. Dan is nierdialyse (dat is het spoelen van bloed door een kunstnier) nodig. Meestal herstelt de nierfunctie zich na enkele dagen.
Erectiestoornissen
Bij mannen kan het voorkomen dat na de operatie aan de aorta de erectie gestoord is. Ook kan ondanks een normale erectie de zaadlozing wegblijven. Dit kan tijdelijk zijn, maar is meestal blijvend. De chirurg kan u verwijzen naar een uroloog voor verder advies en behandeling.
Hartinfarct
De operatie is een grote belasting voor uw hart. Daardoor is de kans op een hartinfarct groter. Uw hartconditie wordt zo nodig voor de operatie getest om te bepalen of uw hart de operatie aan kan.
Darmproblemen
De buikslagader voorziet uw darmen van bloed. Als de bloedvoorziening van de darm verminderd is, komen uw darmen langzamer op gang. U kunt hierdoor een gespannen, bolle buik hebben en uw ontlasting kan langer wegblijven. Dit komt vanzelf weer op gang.
'Platzbauch'
Er is een klein risico dat de buikwond niet goed geneest, de wond gaat uit zichzelf open. Dit wordt een 'platzbauch' genoemd. Meestal is het dan nodig om de buikwand opnieuw te hechten.
Leefregels na de behandeling
Als er:
- geen complicaties optreden na de open procedure;
- u voldoende mobiliseert;
- voldoende hersteld
mag u in de meeste gevallen na ongeveer 5 tot 7 dagen naar huis.
Uw conditie
Na het ontslag uit het ziekenhuis zult u merken dat uw conditie niet optimaal is. U bent nog snel vermoeid en ook de eetlust is vaak verminderd. Langzamerhand wordt dit beter en na twee tot drie maanden is uw algemene conditie weer als voor de operatie.
Indien het nodig is, kan er vanuit het ziekenhuis thuiszorg en eventuele hulpmiddelen voor thuis geregeld worden.
Wond
De wond is onderhuids gehecht. De wond heeft geen extra verzorging nodig.
Bloedverdunnende tabletten
Als er u bloedverdunnende tabletten voorgeschreven zijn zoals acenocoumarol, moet er in de thuissituatie regelmatig de dikte van het bloed gecontroleerd worden. De trombosedienst zal in de eerste tijd na de operatie vaak bij u aan huis het bloed komen prikken. U hoort van de verpleegkundige wanneer u voor het eerst geprikt moet worden. Afhankelijk van de bloedcontrole wordt de dosering van de bloedverdunnende tabletten vastgesteld. De arts stelt vast hoelang u de bloedverdunnende tabletten moet gaan gebruiken. Wanneer de arts u acetylsalicylzuur voorschrijft, komt u niet onder controle bij de trombosedienst.
Bij pijn kunt u zo nodig paracetamol nemen (max. 4 gram /per dag) en evt. speciaal voorgeschreven pijnstillers. Een overzicht van de medicijnen die u gebruikt, wordt naar uw apotheek gefaxt. In overleg met u wordt besloten of de medicijnen kunnen worden opgehaald of thuisbezorgd.
Leefregels
Om de kans op complicaties te verminderen adviseren wij u:
- de eerste twee weken na de operatie niet zwaar te tillen. Dit betekent dat u maximaal 1 kilo mag tillen;
- gedurende de eerste vier tot zes weken geen zwaar huishoudelijk werk doen, zoals ramen zemen, stofzuigen etc.. Daarna mag u geleidelijk weer wat zwaarder huishoudelijk werk gaan doen;
- U mag snel douchen;
- twee weken na de operatie mag u weer in bad;
- het afknellen van de liezen te voorkomen door een luie zit aan te nemen, waarbij u onderuitgezakt zit;
- uw werk weer te hervatten na overleg met de chirurg;
- indien de operatie zonder complicaties is verlopen, mag u na ontslag weer fietsen en autorijden. Als er wel complicaties zijn opgetreden, dan mag dit pas na overleg met de chirurg.
U mag wel douchen en u mag alles eten en drinken zoals u voor de operatie gewend was.
Een gezonde levensstijl is belangrijk. Dat wil zeggen niet roken, voldoende lichaamsbeweging en geen overgewicht.
Eventuele specifieke leefregels worden met u doorgesproken voordat u met ontslag gaat.
Contact
Het is belangrijk om bij de volgende symptomen na de operatie contact op te nemen met de specialist:
- bij roodheid, zwelling rond de wond;
- bij koorts;
- bij koude en/ of tintelingen in benen en voeten;
- bij het uitblijven van ontlasting;
- bij toenemende buikpijn; bij aanhoudende diarree.
Tot slot
Wanneer u na het lezen van deze folder nog vragen heeft of zich zorgen maakt, bespreek dit dan met uw arts of een verpleegkundige.
- De polikliniek Chirurgie is tijdens kantooruren bereikbaar op het nummer (0183) 64 42 05;
- Buiten kantooruren en in het weekend kunt u contact opnemen met de Spoedeisende hulp. De spoedeisende hulp is bereikbaar via de receptie van het Beatrixziekenhuis. Het nummer van de receptie is (0183) 64 44 44.